De oude scholen in de Schoolstraat
Een nieuw schoolgebouw aan de Maas.
In 1857 werd het kerkhof uitgebreid, de Calvarieberg gebouwd en er kwam er een nieuwe school aan de achterkant van het oude kerkhof, later "d'alde schol" genoemd. Nu staat op die plek een bungalow adres: Grotestraat 7a.
De foto hieronder laat de achterkant van het gebouw na 1900 zien, toen het een particulier huis was geworden. De trap bij de achterdeur duidt op de hoge ligging van het pand i.v.m. hoog water van de Maas. Dit huis werd in de volksmond ook wel 't schòlhuus en later 't kerkehuus genoemd.
Zo zag het schoolgebouw er aan de achterzijde aan de Maas uit. Toen deze foto gemaakt is werd het huis bewoond door bakenmeester Arnold Robijns en zijn gezin.
Artikel van 11-02-1882.
Nieuwe openbare lagere school in de Schoolstraat.
In 1882 kwam er een nieuwe school aan de overkant van de straat.(nu Grotestraat 14). Zoals bij de voorgaande scholen was ook deze bestemd voor jongens en meisjes. De gemeente kocht tevens van de fam. Goedhart het pand uit 1846 naast de nieuwe school aan, bestemd voor de hoofdmeester (nu Grotestraat 16). Dit schoolgebouw uit 1882 lag met de achterzijde aan de Plankenweg. Deze Plankenweg zou een overblijfsel zijn van een oude verbindingsweg tussen Xanten en de Maasovergang bij Well. Hij liep vanaf de oude kerk dwars door het broek (het winterbed van de Maas), dat bij hoog water blank stond. Dat maakte een brug noodzakelijk: een houten brug op palen, vandaar de naam Plankenweg.
Schoolfoto uit 1895. In september 1879 werd Gerardus Petrus Baken hoofdonderwijzer, daarvoor was hij werkzaam in Sevenum en in Ottersum. Links staat de 30 jarige Piet Arts, hij werd in 1891 aan deze school benoemd. Het schoolhoofd staat waarschijnlijk net boven hem. De naam van de meester rechts is onbekend.
In 1901 ging de eerste Nederlandse leerplicht wet van kracht. Deze wet verplichtte kinderen van 6 tot 12 jaar tot het volgen van onderwijs. De leerplicht startte dus bij de aanvang van het schooljaar nadat de kinderen ten volle 6 jaar geworden zijn. Voor sommige kinderen werden uitzonderingen gemaakt, zoals voor boerenkinderen tijdens de oogsttijd. Dochters mochten ook thuis blijven om het gezin te verzorgen.
De Leerplichtwet 1900 kende als speciale vorm van onderwijs ook nog het huisonderwijs (zoals dat in adellijke families toen nog voorkwam) als geldige vorm van onderwijs, mits door een bevoegde onderwijzer gegeven.
Tot het jaar 1903 gingen ook de kinderen uit Wellerlooi in Well naar school. Bij goed weer kwamen ze op klompen, schoenen en fietsen waren een luxe en die was voor de 'gewone' mensen niet weggelegd. In de winter werden ze thuis gehouden, want het was ver lopen naar de kom van Well. Op de Hamert vanaf de Roobeek was dat wel anderhalf uur. Rond 1870 liepen 51 kinderen uit dit buurtschap de lange weg naar school en terug. Dit werden er steeds minder in de loop van de jaren. Het was gewoon te ver. De Looise gemeenschap wilde daarom een school die dichterbij lag. Vanaf de eerste aanvraag in 1881 heeft het nog ruim 20 jaar geduurd voordat Wellerlooi een eigen school kreeg.
Nieuwe Venlosche courant 14-03-1912.
In 1912 schreef de Onderwijswet de volgende klassengrootte voor in relatie tot het aanstellen van onderwijzers:
voor 1 - 40 leerlingen: één hoofd der school
voor 41 - 90 leerlingen: één hoofd der school en één onderwijzer
voor 91 - 144 leerlingen: één hoofd der school en twee onderwijzers
voor 145 - 190 leerlingen: één hoofd der school en drie onderwijzers.
In Well waren dat in die tijd de meesters Gerardus Baken (hoofd) - Piet Arts - Herman Verheijen en Antoon Wijnhoven.
Links het pand dat ca. 23 jaren lang als schoolgebouw diende. Dit gedeelte van de huidige Grotestraat noemde men destijds Schoolstraat of Dorpstraat. Rechts het huidige adres Grotestraat 10. Daar loopt de Molenbeek onder de straat door en stroomt vlakbij de Maas in.
Nieuwe Venlosche courant 19-02-1925. Detail van de Raadsvergadering.
In 1925 dienden de zusters bij de gemeente Bergen een verzoek in om in een deel van de jongensschool in Well een meisjesschool voor bijzonder lager onderwijs te mogen starten. Bij hun verzoek voegden ze een verklaring van vijftig ouders, die zich bereid verklaarden hun dochters naar de nieuwe school te sturen. Hun verzoek werd ingewilligd.
Nieuwe Venlosche courant 08-07-1930.
Jongens en Meisjesschool
In 1926 begonnen de Wellse Zusters van de H. Geest met apart onderwijs voor de meisjes. Eerst in enkele aparte lokalen van het bestaande schoolgebouw.
Op 1 januari 1930 werd het 7e leerjaar verplicht en werd dit schoolgebouw te klein. Deze school werd verbouwd, zodat er genoeg klassen waren voor 7 leerjaren. Het gebouw uit 1882 werd vanaf toen dus de jongensschool en er kwam een aparte meisjesschool in de Grotestraat. De nieuwe Kindje Jezusschool werd op 3 september 1930 ingezegend door Pastoor Esser. De Grotestraat heette in die tijd Schoolstraat.
Het hoofd der school in die tijd was meester Jos Schreurs. Eind 1921 waren er drie sollicitanten voor deze functie en de gemeenteraad besliste op 16-12 dat dhr. Schreurs uit Haelen benoemd werd. Schreurs volgde dus hoofdmeester Gerardus P. Baken op. Per 01-01-1955 werd dat meester Frans Vullings en na zijn plotselinge dood in 1957 kwam meester Pierre Volleberg als hoofd aan de jongensschool.
Veel jongens zullen zich nog wel herinneren hoe orde, netheid en discipline gehandhaafd werden. Ongehoorzaamheid, hoe dan ook, werd er met een 'latje' uitgeslagen !
Naamsverandering.
Op 1 januari 1931 werd de naam veranderd van Openbare school in 'R.K. Bijzondere Jongensschool'. De gemeente Bergen besloot hiertoe op vezoek van het kerkbestuur. De parochieherders speelden hierin een grote rol. Het geloof in het onderwijs werd belangrijker, wat leidde tot godsdienstlessen in de scholen door de pastoor. In het schoolbestuur mochten alleen katholieke parochianen zitting hebben. Er volgde (in andere dorpen) ontslag van getrouwde onderwijzeressen, b.v. later juf van Aerssen in Wellerlooi. Juf Mien Arts in Well bleef ongehuwd.
Jan Drissen maakte in 1958 een gedicht. Op de reünie van oud Wellenaren in dat jaar met de opening van de nieuwe St. Vituskerk las hij het in de feestzaal voor.
In de nacht van zaterdag 23- op zondag 24-12-1967 werd het voormalige schoolgebouw door brand verwoest.
Toon Koppers, oud directeur van de Zuid Nederlandse Kapokfabriek, kocht het perceel in 1976, bikte zelf alle stenen af en liet huize 'de Plankehof' bouwen met uitzicht op de Maas. Hij woonde er tot aan zijn dood in 1982. Daarna was het eigendom van Piet en Anny Laarakker en vervolgens bewoonden Pieter en Margriet Smits het pand van1996 -2020. Een gedeelte van het schoolhekwerk staat er nog steeds.
Actueel
Archief Well presenteert foto's met live commentaar op donderdag 28 november
THEMA: Wellse vrouwen, uit het oog maar niet uit het hart.
Archief Well presenteert foto's met live commentaar op donderdag 24 oktober
THEMA: WELLSE WINKELIERS EN ONDERNEMERS van A-Z (slot - deel 6)