Hoeve het Mehr - Meerschenhof - Meersenhof
De Meerschenhof dankt zijn naam aan het inmiddels verdwenen grote Wellse Meer.
Wanneer de Meerschenhof precies ontstaan is, weten we niet. Wel is zeker dat er al in de prehistorie bewoners zijn geweest, die voorwerpen in de grond hebben achtergelaten. Zo zijn er rond 1960 en 1970 gepolijste bijlen van steen gevonden. Ook is er nog een late middeleeuwse ijzeren timmermansbijl gevonden ten noord-oosten van de Hommelberg (Kruisberg) Twee bijlen liggen in een museum, 1 stenen bijl is in particulier bezit. In 1480 werd de boerderij in het Tijnsregister vermeld als: "langs de beek van het Mehr". Dat is de Molenbeek.
Het landgoed Meerschen Hof grenst aan het gebied van het Wellsmeer.
Aan de oude weg naar Kevelaer, van de Grote Waaij naar de Duitsland, stond bijna aan de grens de Meerschenhof. Een boerderij met korte gevel, een zogenaamd hallenhuis. De gevel was voorzien van een vlechting en een zaagboogfries. In vroegere tijd was de boerderij voorzien geweest van een wolfsdak, later een tentdak. In de gevel waren deuren geplaatst met togen, de grote schuurdeuren waren voorzien van een korfboog. De apart staande schuur had ook een wolfsdak met waarschijnlijk ter plekke in veldovens gebakken pannen. Het bakhuisje stond apart. Er was een losstaande loods, hier 'de schop' genaamd, waar werktuigen opgesteld stonden. Niet ver daarvan stond in de heide de schaapskooi. Door de vele Meierijsche pelgrims, die langs de Meerschenhof naar Kevelaer trokken was de benaming van deze hoeve minder bekend, want zij noemden de boer die er woonde de Puinboer. Deze benaming, vooral gehanteerd door bedevaartgangers uit Someren, gebruikten deze typering vanwege de vele ondergrondse vertakkende graswortels: de puinen.
Eigenaren:
1545: Rollof van Meer. Derk en Wolter van de Meer: vermeld in het pacht en cijnsregister van 1545.
1564: (december) Johannes Hermans
1573: Thijs In gen Meer
1606: Thijs In gen Meer en daarna Derk In gen Meer
1620 tot 1624: Kasteel Well. Dat zou de fam. Van Vlodrop moeten zijn geweest.Van 1628 - 1631 kwam de fam. Van den Bergh op het kasteel. De Tachtigjarige Oorlog duurde van 1568 tot 1648 en de Meerschenhof zou door de Spanjaarden zijn verwoest en veranderd in een ruïne.
28-01-1648 trouwde Agnes Katharina van Limburg Styrum met Diederik (Dirk) Theodoor van Lijnden vrijheer van Lijnden, Blitterswijk en Hemmen †17-12-1651). Zij kreeg als bruidsschat de Heerlijkheid Well met alle boerderijen en landerijen.
20-11-1680 Phillip en Willem van Damme - daarna weer eigendom van de Wellse kasteelheren en latere erfgenamen van de familie De Pas De Feuquières en van Pieter Willem de Liedel. Als laatste adelijke heer Baron Franz Carl von Schloissnigg.
1904 Bij de grote verkoop van kasteel Well werd het consortium 'Maatschappij Well' eigenaar.
17-05-1906 kasteel en toebehoren werd gekocht door Dr.Juris Richard Wolters, afkomstig uit Düsseldorf.
1911 Richard Wolters verkocht de landerijen in Well en de uitgestrekte woestegrond bij de Hamert in Wellerlooi aan Arthur Mauritz *05-04-1874 Düsseldorf. Hij woonde op het Schloss Bönninghausen in Walbeck met echtgenote Frida de Haen en hun zoontje Hans. Mauritz verkocht de Meerschenhof door aan Walther Gustav Adolf Buff *Krefeld 05-03-1876, woonachtig in Asperden bij Goch. Mauritz zelf ging aan de slag op de Hamert met ontginnen, met een stoomploeg werd dagelijks 10 hectare grond omgelegd. Buff was grondeigenaar en eigenaar van de Aspermühle (Er besaß ein Landgut, Meer’scher Hof in der Well’schen Heide bei Bergen, das 200 Hektar, davon 50 Hektar Wald, umfasste)
Walther Buff besloot een nieuw herenhuis in Lotharingse bouwstijl te laten bouwen nabij de oude afgebroken Meerschenhof. De architect was Louis Beckers uit Venlo. De bedrijfsleider van Buff was zijn voormalige koetsier in Düsseldorf en daarna zijn pachter van de Meerschenhof Michael Surminski *22-01-1879 in het Poolse Dumcharvice. Hij, echtgenote Paranka Szymkow en hun kinderen gingen 18-03-1924 in Blitterswijck wonen.
1922 Fam. Heinrich Lichters en Laurens Aengenheister uit Kapellen - Geldern. Zij ontgonnen het gebied door o.a. 1000 bomen en hakhout te rooien. De familie Heinrich en Elisabeth Lichters-Ackers vertrok in 1925 naar Kempen, waardoor op 11-02-1925 Johann Georg Aengenheister zich op de Meerschenhof vestigde, hij was in 1903 te Kapellen geboren. Aengenheister liet de nieuwe Meerschenhof vergroten. (Laurens Aengenheister: Notariële Hypotheekakten, passeerden 27-02-1927 en 23-04-1927 te Nijmegen bij Notaris A. van Schuijlenburch) Op 20-09-1928 kwam de echtgenote van Johann Georg naar de Meersenhof. Deze Rosa Maria Klauth schonk in Well aan 3 kinderen het leven. Het exploiteren verliep vanwege de crisis niet voorspoedig. De 'Ontginning Aengenheister' ging failliet en ze vertrokken op 08-11-1932 naar Kevelaer. De boerderij ging over naar een levensverzekeringsmaatschappij in Rotterdam.
De Meerschenhof in 1912 met in het raam Walther Buff en het kind is Robert Surminski *16-01-1909, zoontje van zijn opzichter Michael Surminski.
In de buurt lagen de Lindenhof in Wemb (Dld) - Gerber in Twiststeden (Dld.) en Elisenhof in Weeze (Dld.) In de 19e eeuw stonden er in de omgeving van de Meerschenhof en het Wellsche Meer, dat vaak droogstond, zo'n 6000 eikenbomen op het 170 hectare grote landgoed. Men kende in de buurt destijd de topniemen: Hongerberg - De Slijkse weide - Gemeindeholz (Gemeentehout) - Roverspar - Aan de Kooi (waar de schaapskooi stond) - Het Soor.
De familie Driessen-Camps was pachter van 1899 -1911 en had in de boerderij een herberg ingericht. Hier kwamen geregeld bedevaartgangers rusten, die te voet naar Kevelaer gingen. De route in Well liep vanaf de veerpont rechtsaf de Schoolstraat in, langs het Mariakapelletje naar de Grote Waaij, dan over de Bedevaartsweg (nu Kevelaarsedijk genaamd) naar de Meerschenhof en verder de Duitse grens over. Ook notarissen hielden in de herberg openbare zitting voor houtverkoop uit het Meerschenbosch.
'De Meerschenhof' ca.1905 met de pachters Theodorus en Johanna Elisabeth Driessen-Camps. Voor zover bekend v.l.n.r.: mogelijk Peter Brauers uit Kevelaer, hij trouwde 26-10-1905 met Drika - Ferdinand Heijnen met hoed in de deuropening - Anna - echtpaar Driessen-Camps met tussen hen in Willy *02-12-1901, het zoontje van Drika. Rechts: Dina - Noor - Nella en halfbroer Thei Heijnen.
Vooraan is Wellenaar Grad Peters *1886. Hij was bedrijfsleider op dit landgoed en had een goed inkomen. Voor welke eigenaar hij werkte weten we niet. De personen op de achtergrond bij de Meerschenhof zijn ook onbekend, evenals het jaartal van de foto. Maar een mogelijkheid is rond 1922 met de familie Heinrich en Elisabeth Lichters-Ackers.
Pachters van deze hoeve waren in loop der jaren o.a.: 1664 Hendrik Gudden - 1698 Jan Muijssers - In 1703 pachtte Jan Claes voor 6 jaar Hof 't Meer met toebehoren. Hij betaalde 32 gulden per jaar aan de kasteelheer. De pacht luidde verder: 10 malder rogge, 10 malder boekweit, 10 malder haver Wellsche maat, 2 hamelen (schapen) uit de koppen en 13 maat boter. In 1718 had Jan Claes 7 koeien, 6 runderen, 34 schapen, 8 bijenkorven en 7 ganzen. Jan Claes was tot aan zijn dood in 1747 pachter van de Meerschenhof.
Op 01-06-1747 pachtten Johannes en Catharina Kessels de Meerschenhof voor 12 jaar. Johannes overleed 15-09-1985. Jan Kessels komt op de beestenlijsten van de Heerlijckheid Well in 1760 voor in de Looi en had 3 koeien, 5 runder, 24 schapen en 8 ganzen.
De volgende pachter was in 1760 Henricus Vaeghs en daarna Abraham Nellissen in 1786. Hij had 1 paard, 2 ossen, 2 koeien, 2 varkens en 4 bokken. Hij kwam in de beestenlijsten voor in de Loij omdat waarschijnlijk de Meerschenhof destijds bij dit buurtschap hoorde.
1790 Antoon Theunissen - 1810 Herman Maas - 1845-1859 Theodorus Hesselmans - 1865 Mathijs van den Boogaard, landbouwer uit Sint Antonis - 1875 Reinier Koppus en Hendrik Jozephs - 1892 Christiaan Kessels - 1900-1911 Theodorus Driessen - als laatste Michael Surminski.
Limburger koerier 06-07-1932. Hugo Aengenheister is in juni 1932 geboren op de Meerschenhof. In 1931 was zijn zusje Marianne geboren.
KOOP 1. De perceelen, woongebouwen, schuur, stallingen, loods, bergplaatsen, kippenkooi, bouwland, weiland, eikenbosch, houtwallen, kadastrale sectie G nummers. 8, 20, 21, 22, 23, 24, 25, 26, 29, 31, 32, 33, 34, 38, 672 1135 136, 1137, 1139, 1140, 1171, 1172, 1173, 1241, 1242 en 1934, groot 69.99.50 H.A.
KOOP 2. Het perceel bouwland, grenzende aan en gelegen ten Westen van koop 1, kad. sectie G no. 1792 groot 3.91.10 H.A.
KOOP 3. De perceelen bouwland, weiland, heide en hakhout, grenzende aan en gelegen ten Zuiden van koop I 1, kad. sectie G nos. 15. 17. 18, 19, 39, 670, 671 en 674 groot 51.62.40 H.A.
KOOP 4. De perceelen bouwland, weiland en hak-1 hout, grenzende aan en gelegen ten Zuiden van koop 3, kad. sectie G nos 675, 676, 756, 757, 758, 759, 1174, J 1246 en 1893, groot 45.89.70 H.A. Alle vier koopen liggen aan de Duitsche grens.
Te aanvaarden:
a. de woongebouwen op 1 November 1932, uitgenomen 2 kamers, gelegen gelijkvloers welke direct na de toewijzing kunnen worden aanvaard;
b. de overige gebouwen en de landerijen, bosschen en houtwallen of de rest dadelijk na de toewijzing.
Betaaltijd: voor den te wassen staanden oogst een bedrag van ƒ 10112 binnen acht dagen na de toewijzing; de rest der koopsom op 1 November 1932.
Onraadspenningen: direct na de toewijzing.
Lasten: Alle nog verschuldigde lasten komen voor koopers rekening.
De goederen behooren in eigendom toe aan den heer L. Aengenheister te Capelle (D.) Nadere inlichtingen te bekomen ten kantore der betrokken Notarissen, waar de kadastrale kaart ter inzage ligt.
Nieuwe Venlosche courant 09-07-1932
Dagblad De Zuid Willemsvaart 25-07-1932. Ook andere kranten berichtten dat het landgoed Meerschebosch te Well, bestaande uit een hoeve, bosschen, weilanden en landerijen, ter grootte van 171 H.A. verkocht is voor slechts 70.000 gulden.
Limburger koerier 03-11-1932
Het 171 ha. omvattende landgoed werd aangekocht door de gebroeders Hannes *22-07-1896 en Jozef Laarakker* 11-08-1903. Het waren landbouwers en bekend met ontginningswerk. Hun ouderlijk huis stond op de ontginning Lackbar in Bergen, eerder woonden ze aan het Nieuw Erf in Afferden waar ze geboren zijn. De koopakte passeerde op 15 oktober 1932 bij notaris Schuylenburg in Nijmegen. Jozef trouwde op 17-11-1932 met Johanna Elisabeth Rutten uit Aijen. Hannes was op 06-07-1927 getrouwd met Allegonda Elisabeth Geertruida Janssen uit Arnhem en woonde destijds vanwege ontginningswerk met vrouw en 3 kinderen vlak over de Duitse grens in Baal - Weeze. Ze verhuisden naar de Meerschenhof.
In 1934 werd het landgoed door de broers verdeeld in twee bedrijven. Jozef en zijn gezin bleven op de Meerschenhof wonen en Hannes en Gonda verhuisden met de kinderen naar het Moleneind, aan de Rijksweg, links naast bakkerij Piet Krebbers.
Luchtfoto uit 1952 van de Meerschenhof, het statig herenhuis in Lotharingse stijl uit 1920. Dit is een bouwstijl die zich kenmerkt doordat de gevels van de bouwwerken zowel schoon metselwerk als gepleisterde vlakken bevatten.
In de fronttijd 1944-1945 vonden hier veel vluchtelingen en evacué's onderdak. De Meerschenhof was in 1945 het enige huis in Well, waarvan de bewoners niet zijn geëvacueerd.
Na Jozef Laarakker werden in 1970 de zonen Sef, Piet en Ser eigenaar. Het pand kreeg 2 huisnummers en werd Veenweg 3-5. Pachter in die tijd was Huub Neyenhuis. In 1972 kocht de familie Krabbenborg-Eekelder uit Zieuwent (gemeente Lichtenvoorde) de boerderij en runde er een veebedrijf. De twee grote schuren werd verbouwd tot koeienstal. Hierna werd de boerderij in 2000 gekocht en bewoond door familie Ed de Vries uit Weidenis (N.H.). Vervolgens heeft Frank Laarakker *01-12-1962, de kleinzoon van Hannes het bedrijf met 7 ha. grond gekocht en verhuurde het woongedeelte. Frank stierf 14-07-2021.
Bron: o.a. Theo Laarakker.
Zie ook de pagina familie Jozef Laarakker-Rutten
Actueel
Archief Well presenteert foto's met live commentaar op donderdag 28 november
THEMA: Wellse vrouwen, uit het oog maar niet uit het hart.
Archief Well presenteert foto's met live commentaar op donderdag 24 oktober
THEMA: WELLSE WINKELIERS EN ONDERNEMERS van A-Z (slot - deel 6)