Antony en Anna Kopczinski - Jacobs en nazaten

Rechts de jonge Antony Kopczyński in Polen met zijn meesterstuk als smid.

Antony Kopczinski  *Chorzew (Polen) 18-03-1882 †Venlo ziekenhuis 02-05-1961.

Zoon van Antoni Kopczyñski en Teofila Wiśniewska. Dit echtpaar had negen kinderen: Antony *1882 - Wladyslawa *1886 - Viktoria *1888 - Florentina *1890 - Anna *1893 - Stanislaw *1895 - Ignacy *1900 - Kazâmina *1904 en Waclaw *1907.

Jacoba Anna Jacobs *Well 13-08-1891 †Well 08-04-1928.

Dochter van Peter Reinier Jacobs (Hutse Nierke) en Johanna Heselmann

Zij trouwden op 11-04-1912 in Bergen en op 16-04-1912 in de St. Vituskerk. Het huwelijk werd gesloten door pastoor Grubben.

Antony en Anna kregen twee dochters en vijf zonen. De meisjes en een jongetje stierven op jonge leeftijd. De jongens zijn Toon - Piet - Jan en Jup.

Anna en Antony Kopczinski-Jacobs.

Hoe belandde deze Pool in Well?

Toen Antony in 1882 geboren werd, was de plaats Chorzew onder Russische heerschappij. Zijn vader was burgemeester van de gemeente Kielczyglow, in de provincie Woj. Siezadz. De Poolse opstand in 1863 werd bloedig onderdrukt en de landadel werd beroofd van zijn landerijen. Zo ook waarschijnlijk bij de Kopczyñski familie, want je hoorde bij een bepaalde bevolkingsgroep als je vader burgemeester was.

Antony ging al vroeg techniek studeren en zat in het Poolse verzet. Bij een razzia, door de spionagedienst van Tsaar Nicolaas II, werd hij met een groep andere verzetsmensen opgepakt en op transport gezet naar Siberië. Door een sabotage truc konden Antony en metgezellen uit de trein ontsnappen en belandden zo in het Oeral gebergte. Na lange omzwervingen en gruwelijke ontberingen bereikte het Poolse groepje het Hongaars-Oostenrijks keizerrijk en konden vandaar, het Duitsland van keizer Frans-Jozef binnenstappen.

Door zijn technische opleiding kreeg Antony een baan bij Lanz in Mannheim am Rhein. Dit was in die tijd de grootste landbouwmachinefabriek in Europa. Daar meldde zich in 1907 Philomena van Ophoven, die voor de ontginning van het 'Wellsche Mehr' meerdere tractoren en machinerieën nodig had, inclusief een onderhoudsmonteur, want in Well was niemand die dat werk zou kunnen. Gezien de aard van haar grote bestelling kreeg ze zodoende tijdelijk de beschikking over een technicus van de fabriek: Antony Kopczyñski.

Door de fout van een Nederlandse ambtenaar veranderde de achternaam Kopczyñski  in Kopczinski. Al gauw was Antony gewend in Well, werd geacht door de bevolking en hij werd verliefd op de dochter van Hutse Nier. In het zelfde jaar dat Philomena het Wellsche Meer kocht voor ƒ 80.000,- trouwden Antony en Anna in de kerk aan de Maas. Pastoor Gudden zegende het huwelijk in.

Het paar "trouwde in" bij Anna's ouders in het Koelenven. Later gingen ze in een van de  z.g. Polenhuizen wonen die Philomena van Ophoven had laten bouwen voor haar personeel.  

In 1913 is Anna twee keer bevallen, het meisje werd maar 3 maanden oud.

De ruim 3 jarige Teofilia stierf in 1921 op een tragische wijze. Bij het spelen achter de woning heeft ze waarschijnlijk een van de bijenkasten omgestoten en is aan de ontelbare bijensteken overleden. "Vermoord" zeiden de mensen in Well. En in 1924 moesten de ouders ook nog de 13 maanden oude Johannes begraven.

Links met snor staat Antony Kopczinski bij een Lanz stoomlocomobiel.

Rechts een boerenkar met extra brede wielen. De Limburgse karwielen waren drie duim breed, maar Philomena gebruikte zes duimse (15,24 cm.) wielen, om verzakking in het veen te voorkomen.

Ook van ca. 1920 is deze foto, gemaakt in het "Wellsche Mehr".  Het is oogstdag en er wordt gewerkt met de dorsmachine.

1922. Toon (ca.9 jr.) en Piet (ca.7jr.) met hun ouders.

ca. 1935. Jup zoekt verkoeling in de Molenbeek langs de Wezerweg. De namen van de andere jongens zijn niet bekend.

Jup (8 jr.) en Jan (11 jr.) op de jongensschool in 1936.

Jup groeide de eerste twee jaren op in het Knikkerdorp bij zijn tante Hanneke die met Lennard Heijnen was getrouwd. Zijn moeder was drie weken na de geboorte van Jup gestorven.

Zoon Piet in 1938. Hij trouwde 05-08-1954 met Elisabeth Gilles *Kevelaer 24-07-1920. Dit echtpaar kreeg 3 kinderen die allemaal vroeg stierven.

Uit de Staatscourant van 01-01-1939. Antoni Kopczynski heeft de Nederlandse Nationaliteit aangevraagd. Zie nr. 10.

Uit de Limburger 05-05-1939.

Uit de Limburger koerier 04-07-1939

Jan was bij 'de Jonge Wacht', een soort scouting. Jonge Wacht nam veel over van de verkenners, maar was niet gebonden aan hun wet. Deze katholieke jeugdorganisatie werd in 1942 door de Duitse bezetter verboden.

Hij staat hier bij de z.g. 'Alden Bouw', de eerste woning in het Wellsmeer die Philomena van Ophoven voor haar personeel liet bouwen. 

Op 16 juni 1941 trouwde zoon Toon met Marie Huijgen, die in het dorp woonde (nu Grotestraat 1). Haar broer Wim (links) en Toon's broer Piet waren getuigen. Ze staan voor café 'de Roskam' van Willem en Sien Vrede-Stevens,  tegenover de St. Vituskerk. Toon en Marie kregen 1 zoon: Tonny (Toon jr.)

Maria Wilhelmina Huijgen *Well 14-10-1908 †Well 13-10-1975.

In 1946 werd door zoon Jan deze familiefoto gemaakt. v.l.n.r. Vader Antony, zoon Toon met zijn vrouw Marie Kopczinski-Huijgen met zoon Toontje en de schoonmoeder van Antony: Johanna Jacobs-Heselmann. Staand: de zonen Piet en Jup. Jan was na de oorlog in Groningen gebleven. Hij was allereerst knecht bij een boer en aldaar in de kost. Later chauffeur op een ambulance. Jan bleef vrijgezel.

Dubbele woning van de familie Kopczinski. het z.g. 'Polenhuis'  in 1946.  Adres E 303, nu Wezerweg 5.

Jup links, Toon en Marie zitten in de kar. Vader Anthony en buurvrouw Zegers-Luijpers staan op de achtergrond.

Antony in 1949 op de Wezerweg. De naam van de jonge vrouw is niet bekend.

Jup en Toos Knoops uit Bergen. Dit verloofde stel trouwde op 20 juni 1956.

Uit het fotoalbum van Toos en Jup.

De kinderen van Antony en Anna, de gebroeders Kopczinski, v.l.n.r. Toon - Piet - Jan en Jup.

Zie ook pagina:

Fam. Jacobs-Heselmann