Grotestraat
Het oude dorp Well wordt al in een akte van 1251 vermeld als “parochia Welle” en had dus al een kerk met natuurlijk een hoofdstraat. Die huidige Grotestraat bestond dus al in de middeleeuwen. Maar wellicht al veel langer, want bij de bouw van de nieuwe kerk op de Hoenderstraat is in 1956 een grafveld van een Frankische hoofdman uit de 6e of 7e eeuw gevonden, wat duidt op een nabije nederzetting. Ook in de Romeinse tijd kan logischerwijs bij de oversteekplaats aan de Maas een herberg (statio) of wachtpost hebben gelegen.
Ofschoon daar tegenwoordig niets meer van zichtbaar is, was het al een echt havenplaatsje in de middeleeuwen en de plaatsnaam Well was oorspronkelijk “Welle”, wat het middeleeuwse woord voor “Wal” in de betekenis van kade is. Die oude naam is tot begin de 17e eeuw gebruikt.
Opvallend is dat er nog steeds meerdere grotere huizen staan, die al eeuwen geleden gebouwd zijn. Dit waren de grote huizen van graanhandelaren, herbergiers en de schout. De huizen zijn veelal naast en aan elkaar gebouwd. De Grotestraat heeft mede daardoor een stedelijk karakter. Pas in 1908 bouwde iemand een boerderijtje in de hoofdstraat. De boerderijen zelf lagen om het dorp heen. Zoals genoemd waren er toen veel herbergen voor reizigers en schippers met mooie namen als Het Rood Hert, In den Vrolijcken Hollander, den Blindenman, den Valckhoff en de Roskam. Natuurlijk waren daartoe ook enkele brouwerijen in het dorp. Maar er waren ook meerdere smederijen, waarvan de familie Remmen met 6 generaties zelfs bekende klokkenmakers werden. Andere beroepen waren tolontvanger, bakker en veerman. Pas veel later kwamen er rond 1880 slagerijen en groentewinkels, want dat deed men voordien zelf thuis. Ook was er al vroeg een huisarts in het jaar 1550, die moest vluchten samen met de pastoor omdat ze “met ketterij besmet waren”. Een schooltje met een onderwijzer/organist/koster naast de kerk ontbrak ook niet en de leerplicht werd in 1717 opgelegd (in Holland pas in 1901) onder de Pruisische heerser.
De Tachtigjarige oorlog heeft hier flink huisgehouden, het kreeg aarden wallen bezet met kanonnen en een flink garnizoen. Er werd meerdere keren om gevochten. Het dorp met het kasteel is uiteindelijk eind 16e eeuw verwoest. Begin 1600 is alles weer opgebouwd, maar nu in steen. De wallen moesten echter weg van de machtige stad Venlo, want anders leek het ook een stad. Venlo wilde zo dichtbij geen concurrentie.
Dorpsbranden zorgden ook voor andere huizen, zoals in 1831 (hele maaszijde) en 1844 een rijtje huizen bij de kerk, maar alles werd weer op dezelfde plek opgebouwd.
Zelfs aan het eind van de Tweede wereldoorlog is hier flink gevochten en de bevolking getransporteerd naar Noord-Nederland. Dat alles had ook grote invloed op de huizen in de twee straten van Well. Een aantal mooie huizen en de kerk werden kapotgeschoten.
Ook de aard van de huizen veranderde kort na de oorlog, mede omdat veel Duitsers en de Engelsen van de vliegbasis Laarbruch hier toen kwamen winkelen en drinken. Er waren ruim 30 winkels, horeca en een bioscoop. Toen hun bezoek sterk terugliep en de eigen bevolking met de auto naar grotere steden ging winkelen, verdwenen ook de winkels. Nu rijden de bestelbusjes af en aan. Het toerisme begint een rol te spelen in het aanzicht, want de asfaltstraat werd vervangen door straatklinkers, de moderne lantaarnpalen door nostalgische, bloembakken kwamen aan lantaarnpalen in de zomer, gesnoeide boompjes, een waterboulevard en vlakbij een groot watersportcentrum met de passende naam Het Leukermeer.
En zo veranderd het dorp nog steeds weer van aanzicht en eigenaren.
Kadasterkaart uit 1886 met een aantal percelen aan de Maaszijde van de Grotestraat. Rechtsonder is de veerstoep.
De Grotestraat, (in de oude spelling Grootestraat) werd eeuwenlang Gemeyne Straet genoemd. Gemeyne betekent gemeenschappelijk. Het was dus een openbare straat voor de gemeenschap. Later ook 'Dorpsstraat' genaamd.
Een gedeelte daarvan (vanaf hoek Hoenderstraat) werd vroeger Schoolstraat genoemd en die liep (vanaf de Molenbeek) verder door in de Broekstraat.
Tegenwoordig dus samengevat onder één naam: Grotestraat. Het deel Dorpsstraat vanaf hoek Kasteellaan (nu nr.96) tot en met de marechausseekazerne (nu nr. 39a) noemde men in de volksmond 't Hitje.
Aan de huidige Grotestraat liggen Kloosterhof (met seniorenwoningen) en Eldershof. Deze straatnamen herinneren ons aan het vroegere klooster en aan de familie Elders-Hoeken, die het bejaardenhuis gesticht heeft.
Foto gemaakt door de Wellse fotograaf Jozef (Sjefke) Drissen, rond 1900 met de nieuwe bestrating.
Geheel links het pand van bakker Theodor "Schacks Thei" Koppers, die kort daarna naar de overkant verhuisde (nr. 31), waar een café annex slagerij was gevestigd. Bakker Karel Janssen kocht de woning die Koppers achterliet (nr. 70). Geheel rechts (nr. 27) woonde de bekende Wellenaar Willem Franssen met vrouw en tien kinderen. Hijzelf was meester koperslager en ook fabriceerde hij brandspuiten, waarmee hij erg bekend werd in de hele regio. Het tweede huis rechts was de ambstwoning van burgemeester Karel Elders. Later werd de woning gekocht door de bakkersfamilie van Bommel.
Tegenover het huidige adres Grotestraat 60 (Walaria) loopt een weggetje naar de Maas, eigendom van de gemeente Bergen. In de volksmond nu 't Strötje genaamd. De oudste naam voor dit straatje die we kennen is Kerstraet, een straatje bestemd voor karren. Zo werd het genoemd vanaf 1704 in Schepenbank aktes. Dit was in vroegere tijden dus een karweg die tot aan de Maasoever liep waar schepen lagen om goederen te vervoeren. Dit noemde men later Kesselsströtje omdat vanaf begin 1800 hier de fam. Kessels woonde.Weer later heette het in de volksmond Jansströtje toen de familie Mathijs Jans-in 't Ven er aan woonde op nr.19. Naderhand woonde de familie Handrie Derks-Jans er en daarna Harrie Derks-Hebben. En ieder jaar met de kermis sloten zij een dag de poort die aan hun huis hing, zodat het officieel grond van de gemeente bleef.
Bijna achteraan rechts op het huidige adres Grotestraat 13 stond het oudst bekende Veerhuis van Well. Voor het eerst vermeld in 1771. Dit huis was tot in 1905 eigendom van de kasteelheer, die vanaf 1401 tot 1798 ook het veerrecht bezat. Daarna ging het veerrecht over aan het Rijk. Het huidige monument is gebouwd in het jaar 1900 door de kasteelheer. Later woonde hier schoenmakersfamilie Wiel Holla.
Gezicht op Well in 1909 met de Grotestraat, die toen nog gedeeltelijk Schoolstraat werd genoemd. Rechts vooraan ligt een lading boomstammen op de oever, die per schip vervoerd werden. Naast huidig adres Grotestraat 7a liep een karweg naar de Schoolstraat.
De Schoolstraat in 1909. Rechts café "De vergulde Kraan" van Martinus (Tinus) Simons (nu Grotestraat 12).
Overstroming in de Grotestraat 1910.
Het grote huis in het midden was ooit van de Pruissische belastingontvangers .In 1915 is het gekocht door het schippersechtpaar Antoon Vos en Elisabeth Cornelia Janze die er later zelf gingen wonen. Dochter Jana Vos was met Toon Derks getrouwd.
De Grotestraat ter hoogte van het huidige plein zoals het er uitzag tussen ca. 1900 en 1910. Ook deze foto werd gemaakt door Jos Drissen (†1916). In de verte links (onder de kerktoren) is het nieuwe huis van fam. Sijberts-van Hoek te zien, nu Grotestraat 66 met het ovale raam in de zijgevel.
In 1905 werd nr. 66 verbouwd en in 1910 nr. 64, beiden op het voormalige perceel van de 'Kasteelsche Barakken'. De woning uit 1905 van Sijberts op nr. 66 is na de Tweede Wereldoorlog afgebroken. In 1953 is hier de nieuwbouw voltooid. In pand nr. 64 is later door de fam. Schambergen de voordeur verplaatst naar de zijgevel.
Links, nu nr.74: In 1886 liet notaris Pieter Hendrik Ribbergh een statig huis in neoclassicistische stijl met grote voortuin bouwen. In dat zelfde jaar overleed de notaris plotseling. Zijn vrouw Hubertina Jenissen overleed in 1909. Priesterzoon Emile was leraar aan Rolduc en kwam nog veel in Well. Dochter Adèle Ribbergh verkoopt het huis op 27-08-1919 voor ƒ13.500,- aan de op 07-12-1916 opgerichtte Coöperatieve Verbruiksvereeniging "Eigen Hulp" U.A. Op de gehouden algemene jaarvergadering van de Coöperatie in januari 1933 werd op voorstel van het bestuur door de 74 leden besloten om een nieuw winkelpand te bouwen dat voldeed aan de eisen des tijds. De aanbesteding was op maandag 18-12-1933 en de winkel werd er in 1934 aangebouwd. De voortuin en een gedeelte van de voorgevel verdwenen hierdoor.
Rechts in het herenhuis woonde in de tijd van deze foto de weduwe Aleida Otten-Nass. Die had er vanaf 1894 ook een winkel annex café "de Leeuw". Te zien is dat vanaf dit herenhuis de straat is beklinkerd met kinderkopjes en de trottoirs waren gelegd met Maaskeien. Deze bestrating liep door tot aan de kerk. Vanaf zaal 'Onder de Linden' t/m de marechausseekazerne was de Grotestraat niet beklinkerd en dat gedeelte noemde men in de volksmond 'het Hitje'.
Het straatje rechtsaf naar de Maas noemde men 't Beckersströtje (Beckersstraatje), Dit omdat er eerder (van 1830-1894) op nr.37 de familie Martin (herbergier) en Catharina Beckers-van Hegelsom. Daarna zoon Adolf Godfried Hubert Beckers-Johanna van Bergen en gezin woonde. Hij was gemeenteontvanger / plaatsvervangend ambtenaar van de Burgelijke Stand en koopman. Zijn oudste broer Gerard Willem Theodor werd priester en was van 1875-1887 Deken van het Dekenaat Gennep. In 1895 werd zijn gouden priesterfeest hier in Well gevierd, Hij stierf thuis in 1897.
Frits Sijberts loopt vanaf de Grotestraat richting de Maas in 1950. De naam Beckersstraatje werd toen al lang niet meer gebruikt.
Rond 1930. Rechts de bomen in de tuin van de marechausseekazerne.
Geheel links huidig adres Grotestraat 88, gebouwd in 1927 (dubbele blok). Daarnaast de lage woning van Sjang en Betje Simons-Coenders, waar daarvóór de weduwe Daemen - Sijberts woonde met haar dochter Josefien. De buren van Sjang Simons was het echtpaar Helm Zegers-Anna Maria (Marie) Drissen, die een winkel hadden en ook kosthuis waren voor de marechaussee aan de overkant. Helm en Anna Maria trouwden in 1922. Vanaf die tijd woonde het echtpaar hier, maar Anna Maria had daarvoor hier al met haar broer Sefke (schilder, fotograaf) een winkel in o.a. galanteriën, schilderijen, lijsten, klompen, snoep, sigaren en de prachtige ansichtkaarten van Jos Drissen oftewel Sefke. Hij overleed op 45 jarige leeftijd in 1916. Hun moeder Johanna Drissen-Gossens woonde tot haar dood in dec. 1927 bij hun en later bij het echtpaar Zegers-Drissen in.
1931 vanuit de kerktoren.
Het pand aan het huidige adres Grotestraat 11 werd in 1739 voor het eerst getekend door Jan de Beijer. Van 1782-1905 was de kasteelheer eigenaar. Het stond sinds 1860 bekend als café 'Den Blindeman'. Baron Franz von Schloissnigg liet hier ca.1880 dit pand (zoals op de foto) bouwen. In de tijd dat deze foto gemaakt is werd het bewoond door de familie Michael Janssen (postkantoorhouder) en Marie Cecilia van der Zanden en was het postkantoor erin gevestigd tot 1932. Daarna werd het weer café en is het diverse keren van eigenaar gewisseld en meerdere keren verbouwd. Zie ook pagina: het Veerhuis fam. Drissen
1933. Links de woning van het echtpaar Antoon Vos en Elisabeth Cornelia Janze en verder de kapelanie met daarachter de St. Vituskerk.
De kapelanie was eerder bewoond door de notaris familie Ribbergh.
De Grootestraat in 1935.
De huizen rechts van Piet Jenneskens (later Installatiebedrijf Heinrich Brauers) en Jo Thissen waren hier nog maar net gebouwd. Thissen met het nieuwe postkantoor in 1932 en de buurman in 1935. Links zaal Onder de Linden met het smalle café - woonhuis dat Mantje Klabbers in 1927 liet bouwen. De huidige panden Grotestraat 94 en 92 werden in 1936 gebouwd op de lege plek naast het smalle café-pand.
Nöl Reiniers, postbode en destijds woonachtig in de Hoenderstraat, maakte in 1989 de volgende aantekeningen:
"Enkele jaren voor zijn dood in 1976 heb ik enkele keren een onderhoud gehad met pastoor Driessen en vertelde hem dat ik na de oorlog van 1946 tot juli 1948 in het half verwoeste huis van de fam. Arts gewoond had. Dit pand lag aan de Grotestraat waar nu de dubbele woning van de gebroeders Groenen staat. Van het oude huis was de helft door granaten weggeslagen.Toen ik vanuit de kelder die onder het weggeslagen gedeelte lag, het keldergat (wat ook grotendeels weggeslagen was) opruimde, ontdekte ik, dat beginnende bij het keldergat, zo'n 30 cm. onder de oppervlakte een gewelfde, circa 50-60 cm brede gang. Welke vol puin zat, dit gewelf liep in de richting van het nog overeind staande stuk huis en verdween schuin in de fundering. Toen later het huis gesloopt werd kwam er een mergelstenen put voor de dag. Deze put ligt precies op de noord-oost hoek onder het huis van Groenen-Gooren nr. 18.
Toen ik dit aan pastoor Driessen vertelde, zei hij het volgende: "Wat gij mij verteld hebt, maakt mijn vermoeden, dat dit de plaats is waar het eerste Kasteel van Well gestaan heeft groter".
Ik weet wel dat bij de bouw van de twee woningen nergens over gepraat is en de put snel onder werd gewerkt. Het moet wel een hele oude put zijn geweest, want in de kelder lag nog een gemetselde put, waar de pomp op aangesloten was.
Bij een onderhoud dat ik had met de aannemer dhr. Klabbers, kwam het volgende op de proppen: Ik vroeg hem "Wat is er nou eigenlijk voor den dag gekomen in 1947" ? Het pand Arts werd gesloopt. Ik zei: "Het is mij bekend dat er een gewelf schuin naar binnen liep". Hij vertelde toen dat het gewelf nog meters onder het huis doorliep, dat er een mergelstenen put zit wist hij ook. 'Maar", zei Thei, "er zat nog meer: dikke brokken natuursteen, met Romeinse schrifttekens er op zijn tevoorschijn gekomen. En alles is, om de nieuwbouw niet te vertragen, afgevoerd als puin".
Pastoor Driessen zal dus wel gelijk hebben gehad, dat daar de 'eerste sterkte' van Well heeft gestaan".
NB Dat laatste is nog maar de vraag. Er zijn in het dorp in de loop der tijd wel meer zeer oude funderingen met mergelstenen en tongewelven tevoorschijn gekomen. Zou het verhaal van de Romeinse tekens kloppen, wordt het natuurlijk allemaal een stuk interessanter. Dan zou het vermoeden van een Romeinse versterking hier aan de Maas (op de verhoging waar de oude kerk stond) wel eens op waarheid kunnen berusten! - Archief Well.
1937. Ter hoogte van (links) het Veerhuis en schoenmakerij Holla. Rechts de woningen van dokter van Bracht en brouwerij Koppers. Het meisje is Nellie Simons, dochter van Willem en Bertha.
De Grotestraat vóór de oorlog, gezien vanaf de hoek Kasteellaan-Nicolaasstraat-Grotestraat.
De grote bomen begrenzen de tuin van de kazerne, waar na de oorlog het dorpsplein (kermisplein) kwam. Vooraan rechts nog een klein stukje van het huis van Piet Klabbers (nog zonder dakgoot).
Fietsers in de Grotestraat in 1941, gezien vanaf de andere kant.
Rechts zaal café Walaria, dat toen aan de linkerkant nog een doorgang had naar de ingang van de nieuwe zaal, die Gerrit Simons in 1935 had laten bouwen. Daarnaast (nu nr.62) de woning met café van de fam. Huub en Guusta Wolbertus - Drissen.
Links de manufacturenwinkel van Willem Geraedts met aan de rechterkant hun woongedeelte (nu nr. 15 en 17) Daarachter Handrie Derks - Jans (nr.19) en hun buren Piet Linders-Verkoelen (nr. 21)
Het midden van de Grotestraat eind jaren '30.
Rechts: (met de linker voordeur) het huis van bakkerij Karel Janssen met blijkbaar nog een stokoud pannendak. De rechter voordeur was de ingang van het snoepwinkeltje van Koos Janssen, de zus van bakker Karel. Zij was eerder getrouwd geweest met Aloysius Sprenkels. Het pand met de markiezen is de Coöperatie.
Links: de winkel van Han Surgers-Franssen en daarachter slagerij Thei Koppers.
Het laatste stuk van de Grotestraat net na de oorlog.
Het ergste puin is opgeruimd. Op de achtergrond de kruising met de Kasteellaan en de nog onverharde Nicolaasstraat. Links een hek voor de tuin van de kazerne, nu het dorpsplein. De kazerne was vanaf de andere kant van de Maas kapotgeschoten, vandaar ook dat alle huizen in het directe schootsveld aan de andere kant van de Grotestraat in puin lagen. Aan de linkerkant van de weg het huis van Sraar Stevens. Op de achtergrond (links) dat van Piet Klabbers. Aan de rechterkant het huis van Sjang Simons, dat juist weer bewoonbaar is gemaakt. In 1961 werd dit pand gesloopt.
In 1949 liet de gemeente Bergen voor burgemeester Thei en echtgenote Sophie Douven op het voormalige kazerneterrein van de marechaussee een woning in de stijl van de Bossche School bouwen. Nu Grotestraat 41. Helaas hebben zij hier slechts kort gewoond want onze burgemeester Douven overleed plotseling op 12-11-1950. Hij werd 51 jaar oud. Later woonden hier de boswachterfamilies Hommen en daarna van Loenen en de fam. Oomen.
De bekende Nederlander Hendrik van Bloem (schilder - tekenaar - etser) maakte midden jaren '50 dit schilderij met bovenstaande woning (nu nr. 41), gezien vanaf de loswal. Rechts ervan is nog de kiosk van de harmonie op het plein te zien. Geheel rechts is gedeeltelijk het pand Grotestraat 37. Het huidige pand nr. 39a werd in 1965 gebouwd op de plek van de kiosk door Piet Laarakker.
Als hij in Well schilderde was Hendrik van Bloem in volpension bij de weduwe Smits-van Aerssen en dochter Jo op Grotestraat 64. Hij maakte meerdere schilderijen in Well, o.a. ook van de gevel van Walaria. Dat werd verkocht en hangt sinds eind jaren '50 ergens in de U.S.A.
Ca. 1955. Ter hoogte van de jongenschool fietst Willy Derks. Hij woonde met zijn gezin in de Papenbeek en was grenscommies aan de Wellsche Hut.
Ook van Hendrik van Bloem, uit midden jaren '50 vanaf de veerstoep is dit schilderij richting het oude kerkhof en de pas gebouwde St. Vituskapel.
Een onderonsje bij Grotestraat 36 in de jaren '50. Het pand was in die tijd door de 'Gelderse Blindenvereniging' uit Arnhem gekocht van de fam. Jos Schreurs. Ieder jaar kwamen er blinden en slechtzienden op vakantie in Well. Zodoende werd het huis hier in de volksmond het 'Bliendehuus' genoemd. De producten die door de blinde mensen in de werkplaats van het instituut in Arnhem gemaakt werden, zoals gevlochten manden en borstels werden ook huis aan huis in Well verkocht. Zie ook dit nieuwsitem.
Links, klein stukje van de Coöperatie winkel, daarnaast bakkerswinkel Wim Janssen. Rechts slagerij Leo Koppers.
Grotestraat 58, fam. van Gellecom-Verkoijen, waar destijds nog broer en zus Grad en Anna woonden. Vader, moeder en broer Bertus waren overleden. Voorheen hadden ze kleermaker - manufacturenzaak.
Dit pand, woonhuis - stal en schuur werd in 1925 gebouwd door de kinderen Heijligers, nadat het oude huis was afgebrand. In 1963 zijn stal en schuur verbouwd tot woningen. Eerder woonde ook nog de familie Cox in het huis. Toen deze foto is gemaakt in 1959 woonde de familie Bertus Sprunken-Lemmen hier op het huidige adres Grotestraat 7.
Begin jaren '60 vanaf de Baileybrug. Links de timmerwerkplaats van Jan en Wim Huijgen. Voor de woning met winkel van de fa. Huijgen staat nog een kleine noodwoning (met lichte deur). Rechts het Groene Kruis gebouw en het bejaardenhuis complex.
Theo Laarakker maakte in 1973 deze foto vanaf de oude loswal met het straatje richting Grotestraat.
Geheel links op nr. 41 woonde destijds de familie Aad van Loenen, er naast nr. 39A familie Cees Verdonk en rechts, met de oude muur op nr. 37, de familie Vic Timmermans.
Grotestraat 10 in 1975 met ernaast de brug over de Molenbeek.
Dit pand werd in 2013 afgebroken en er kwam een nieuw voor in de plaats.
2010. Vanaf de hoogste appartementen aan Eldershof, met uitzicht op Kloosterhof, de Grotestraat en op de Maas.
Actueel
Archief Well presenteert foto's met live commentaar op donderdag 28 november
THEMA: Wellse vrouwen, uit het oog maar niet uit het hart.
Archief Well presenteert foto's met live commentaar op donderdag 24 oktober
THEMA: WELLSE WINKELIERS EN ONDERNEMERS van A-Z (slot - deel 6)